Valentijnsgedichten

ValentijnEen kaars voor mij

Mirjam, zet een kaars voor je raam vandaag,
Dat is al wat ik je vraag,
Opdat hij brandt, zodra het donker wordt,
En blijft schijnen tot de ochtend gloort.

Zodat zijn schijnsel in de nacht,
Mij brengt waar jij op mij wacht.
Laat hem branden als een baken,
Zodat ik bij jou ben nog voor het ontwaken.

Voorkom dat ik ga dwalen,
Dus laat je kaarsje stralen.
Alleen zo weet ik jou te vinden,
Waarna ik jou aan mij kan binden.

Heel zachtjes kom ik dan bij jou binnen,
Om jou te strelen en te beminnen.
Zo samen bij het kaarslicht,
Ontbrandt het vuur in dit gedicht.

Ik zal jou dan voelen als brandend zand,
Totdat die kaars is opgebrand,
En bij het doven van dat licht,
Komt ook voor ons een eind aan dit gedicht.

Waardering: 8 met 25 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Dolf de Jong

Printbare versie
Dit gedicht verzenden naar een vriend(in)

Volgende gedicht: Maak mijn dromen waar
Vorige gedicht: Het meisje in het schilderij
 

liefdesrozen

© 2003 - 2022 Jan Hengeveld.