Valentijnsgedichten

ValentijnHet meisje in het schilderij

Hoe lang stond ik daar reeds te kijken,
Mijn blik verstart, mijn geest verrijkend.
Wie bekeek mij ooit zo van opzij,
Wie was dat meisje in dat grote schilderij?

De gids was twee maal weer gekeerd,
Ik had zijn roepen afgeweerd.
Hij ging verder met de rij,
Ik bleef staren naar dat meisje in dat grote schilderij.

Ik liet steeds mijn blikken gaan,
En keek het meisje verward en vragend aan.
Het was alsof zij sprak tot mij,
Dat meisje in dat grote schilderij.
Wat was toch die boodschap die zij uitstraalde,
Terwijl zij met haar schoonheid praalde?
Ik kon het niet bevatten, maar voelde mij blij,
Door dat meisje in dat grote schilderij.
Het lange blonde haar viel schalks over haar schouder,
Zij leek een tiener of net iets ouder.
Het gezicht dat straalde, zij was blij,
Dat meisje in dat grote schilderij.
Met haar mooie ogen keek zij mij steeds aan,
Alsof zij zeiden: "Stop niet verdergaan.
Ja, blijf toch bij mij,
Bij dit meisje in dit grote schilderij."
De frivoliteit van haar contouren,
Deed het jurkje om haar snoeren.
Zij geleek zo gelukkig en vrij,
Dat meisje in dat grote schilderij.
"Zij was te mooi voor deze aarde,
Vandaar dat ik haar voor eeuwig op dit schilderij bewaarde."
Zo stond geschreven door Corneille op een lei,
Over het meisje in dat grote schilderij.
Toen ik die regels las, begon ik te beven,
Mijn herinneringen kwamen weer tot leven.
Nu werd het verleden weer helder voor mij,
Zij was het: Sylvia. Dit meisje in dat grote schilderij.
Nu kwam het mij weer duidelijk voor de geest,
Zij was heel even in mijn leven geweest.
Ik vond haar zo mooi en lief, zij maakte mij blij,
Dat meisje in dat grote schilderij.
Zij zei tot mij: "Morgen zal ik wederkeren,
Nu moet ik gaan, ik moet poseren."
Ik was toen heel opgetogen en o zo blij,
Door dat meisje in dat grote schilderij.
Heel lang heb ik toen op haar gewacht,
Op dat bankje bij de gracht,
En jaren liet ik in mijn hart voor haar een plaatsje vrij,
Voor dat meisje in dat grote schilderij.
Nu kwam er opeens duidelijkheid,
Over mijn vragen in die tijd.
Zij voelde zich niet te mooi voor mij,
Dat meisje in dat grote schilderij.
Toen kwam er naar mij een heer,
Die zei: "Wij gaan sluiten meneer."
Haar blik van opzij, zei nu tot mij:
"Ja, ik ben het. Dat meisje in dat grote schilderij."

Waardering: 8 met 25 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Dolf de Jong

Printbare versie
Dit gedicht verzenden naar een vriend(in)

Volgende gedicht: Een kaars voor mij
Vorige gedicht: Niet alleen met Valentijn wil ik mijn liefde uiten
 

liefdesrozen

© 2003 - 2022 Jan Hengeveld.